Enfiévrer en néerlandais
Traduction: enfiévrer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opwekken, wekken, ontvlammen, wakkeren, inflame, te wakkeren, ontbranden
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): enfiévrer
enfiévrer, enfiévrer antonymes, enfiévrer conjugaison, enfiévrer def, enfiévrer grammaire, enfiévrer dictionnaire de langue néerlandais, enfiévrer en néerlandais
Traductions
- enfilés en néerlandais - draad-, schroefdraad, van schroefdraad, schroefdraad voorziene, met schroefdraad
- enfin en néerlandais - eindelijk, tenlaatste, tenslotte, uiteindelijk, ten slotte
- enfiévré en néerlandais - koortsig, koortsachtig, koortsige, koortsachtige, fevered
- enfla en néerlandais - zwol, zwollen, opgezwollen, gezwollen, gepofte
Mots aléatoires
Enfiévrer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opwekken, wekken, ontvlammen, wakkeren, inflame, te wakkeren, ontbranden
Traductions: opwekken, wekken, ontvlammen, wakkeren, inflame, te wakkeren, ontbranden