Hanter en néerlandais
Traduction: hanter, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
beklemmen, verplegen, achtervolgen, bezoeken, visite, verzorgen, vervolgen, obsederen, najagen, opzoeken, spoken, bezoek, afgaan, veelvuldig, nastreven, kwellen, achtervolg, te achtervolgen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): hanter
hanter antonymes, hanter conjugaison, hanter dro, hanter dro macabre, hanter en anglais, hanter dictionnaire de langue néerlandais, hanter en néerlandais
Traductions
- hangar en néerlandais - magazijn, warenhuis, pakhuis, hangaar, loods
- hanneton en néerlandais - meikever, Cockchafer, junikever, kever
- hantise en néerlandais - obsessie, spoken, kwellen, achtervolgen, achtervolg, te achtervolgen
- hanté en néerlandais - spookt, Haunted, achtervolgd, achtervolgde, spookhuis
Mots aléatoires
Hanter en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: beklemmen, verplegen, achtervolgen, bezoeken, visite, verzorgen, vervolgen, obsederen, najagen, opzoeken, spoken, bezoek, afgaan, veelvuldig, nastreven, kwellen, achtervolg, te achtervolgen
Traductions: beklemmen, verplegen, achtervolgen, bezoeken, visite, verzorgen, vervolgen, obsederen, najagen, opzoeken, spoken, bezoek, afgaan, veelvuldig, nastreven, kwellen, achtervolg, te achtervolgen