Hisser en néerlandais
Traduction: hisser, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
telen, ophijsen, opkweken, opdrijven, opslaan, opgraven, beuren, bouwen, opvoeden, verhogen, optillen, opfokken, verheffen, tillen, ophalen, rooien, hijsen, takel, hijstoestel, hefwerktuig, hoist
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): hisser
hisser antonymes, hisser grammaire, hisser haut damgan, hisser haut paimboeuf, hisser la grand voile, hisser dictionnaire de langue néerlandais, hisser en néerlandais
Traductions
- hirondelle en néerlandais - zwaluw, doorslikken, inslikken, slikken, te slikken
- hirsute en néerlandais - bars, harig, ruig, ruw, zuur, onaardig, hardhandig, ...
- histogramme en néerlandais - histogram, het histogram, histogram te, histogram dat
- histoire en néerlandais - sprookje, aflevering, vertelsel, relaas, episode, verhaal, etage, ...
Mots aléatoires
Hisser en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: telen, ophijsen, opkweken, opdrijven, opslaan, opgraven, beuren, bouwen, opvoeden, verhogen, optillen, opfokken, verheffen, tillen, ophalen, rooien, hijsen, takel, hijstoestel, hefwerktuig, hoist
Traductions: telen, ophijsen, opkweken, opdrijven, opslaan, opgraven, beuren, bouwen, opvoeden, verhogen, optillen, opfokken, verheffen, tillen, ophalen, rooien, hijsen, takel, hijstoestel, hefwerktuig, hoist