Imposés en néerlandais
Traduction: imposés, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opgelegde, opgelegd, worden opgelegd, ingesteld
Autres langues
Mots associés / Définition (def): imposés
congés imposés, congés payés imposés, imposés antonymes, imposés criterium gam, imposés critérium gaf, imposés dictionnaire de langue néerlandais, imposés en néerlandais
Traductions
- imposée en néerlandais - verplicht, gedwongen, verplichte, de verplichte, verplicht is
- imposées en néerlandais - opgelegde, opgelegd, worden opgelegd, ingesteld
- impotence en néerlandais - traagheid, impotentie, onmacht, machteloosheid, onvermogen, van impotentie
- impotent en néerlandais - impotent, machteloos, onmachtig, machteloze, impotente
Mots aléatoires
Imposés en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opgelegde, opgelegd, worden opgelegd, ingesteld
Traductions: opgelegde, opgelegd, worden opgelegd, ingesteld