Infléchir en néerlandais
Traduction: infléchir, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
krommen, verbuigen, curve, bocht, krombuigen, vouwen, verminderen, buigen, toedoen, vouw, doorbuigen, toog, omvouwen, boog, hurken, kromme, invloed, invloed van, beïnvloeden, invloed hebben, de invloed
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): infléchir
infléchir antonymes, infléchir conjugaison, infléchir définition, infléchir grammaire, infléchir la décision, infléchir dictionnaire de langue néerlandais, infléchir en néerlandais
Traductions
- infondé en néerlandais - ongegrond, ongegrond is, ongegronde, ongegrond te verklaren, gegrond
- informa en néerlandais - op de hoogte, hoogte, de hoogte, geïnformeerd, ingelicht
Mots aléatoires
Infléchir en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: krommen, verbuigen, curve, bocht, krombuigen, vouwen, verminderen, buigen, toedoen, vouw, doorbuigen, toog, omvouwen, boog, hurken, kromme, invloed, invloed van, beïnvloeden, invloed hebben, de invloed
Traductions: krommen, verbuigen, curve, bocht, krombuigen, vouwen, verminderen, buigen, toedoen, vouw, doorbuigen, toog, omvouwen, boog, hurken, kromme, invloed, invloed van, beïnvloeden, invloed hebben, de invloed