Intervenant en néerlandais
Traduction: intervenant, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
spreker, luidspreker, speaker, luidsprekers, luidsprekersysteem
Autres langues
Mots associés / Définition (def): intervenant
complétude, complétude intervenant, espace intervenant, intervenant aba, intervenant anglais, intervenant dictionnaire de langue néerlandais, intervenant en néerlandais
Traductions
- interurbain en néerlandais - interstedelijke, interstedelijk, interlokaal, interlokale, interurban
- intervalle en néerlandais - afstand, schenden, ruimte, onderbreking, mond, bres, pauze, ...
- intervenez en néerlandais - gebeuren, ingrijpen, interveniëren, tussenbeide komen, interventie, grijpen
- intervenir en néerlandais - interveniëren, ingrijpen, gebeuren, toegaan, afstammen, komen, voorspreken, ...
Mots aléatoires
Intervenant en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: spreker, luidspreker, speaker, luidsprekers, luidsprekersysteem
Traductions: spreker, luidspreker, speaker, luidsprekers, luidsprekersysteem