Lanciner en néerlandais
Traduction: lanciner, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
priemen, pik, snikkel, prikken, steken, pikken, leuter, schram, jongeheer
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): lanciner
définir lanciner, lanciner antonymes, lanciner définition, lanciner grammaire, lanciner larousse, lanciner dictionnaire de langue néerlandais, lanciner en néerlandais
Traductions
- lancinant en néerlandais - vief, snerpend, bruusk, schel, steil, wakker, vernuftig, ...
- lancinante en néerlandais - steekpartij, neersteken, stekende, steken, messteken
- lancèrent en néerlandais - gelanceerd, lanceerde, gestart, gestart met, start
- lancé en néerlandais - gelanceerd, lanceerde, gestart, gestart met, start
Mots aléatoires
Lanciner en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: priemen, pik, snikkel, prikken, steken, pikken, leuter, schram, jongeheer
Traductions: priemen, pik, snikkel, prikken, steken, pikken, leuter, schram, jongeheer