Mûrir en néerlandais
Traduction: mûrir, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
koesteren, bezonken, rijp, broeden, belegen, rijpen, volwassen, rijpe, oudere, volgroeide
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): mûrir
munir définition, mûrir antonymes, mûrir avocat, mûrir avocat rapidement, mûrir bananes, mûrir dictionnaire de langue néerlandais, mûrir en néerlandais
Traductions
- mûrier en néerlandais - moerbeiboom, moerbei, moerbeiboomboom, de moerbeiboom
- mûries en néerlandais - gerijpte, gerijpt, rijpe, van gerijpte, belegen
- mûrirent en néerlandais - gerijpte, gerijpt, rijpe, van gerijpte, belegen
- mûris en néerlandais - rijpen, gerijpte, gerijpt, rijpe, van gerijpte, belegen
Mots aléatoires
Mûrir en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: koesteren, bezonken, rijp, broeden, belegen, rijpen, volwassen, rijpe, oudere, volgroeide
Traductions: koesteren, bezonken, rijp, broeden, belegen, rijpen, volwassen, rijpe, oudere, volgroeide