Pause en néerlandais
Traduction: pause, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
afsluiten, stilte, breuk, halte, bres, afslag, resterende, aanhouden, scheuren, rabat, tussenruimte, staken, blijven, rest, stukbreken, pleisterplaats, pauze, pauzeren, pauzestand, onderbreken
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): pause
en pause, faire une pause, imprimante en pause, la pause, la pause gourmande, pause dictionnaire de langue néerlandais, pause en néerlandais
Traductions
- paumée en néerlandais - clueless, geen idee, idee, idee wat voor stad, idee wat
- paupière en néerlandais - hoed, kaft, bedekking, ooglid, omslag, deksel, oogleden, ...
- pauvre en néerlandais - stumperig, ellendig, betreurenswaardig, belabberd, wapen, neerslachtig, passerbeen, ...
- pauvrement en néerlandais - slecht, totaal de verkeerde, niet genoeg ruimte, genoeg ruimte, weinig
Mots aléatoires
Pause en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: afsluiten, stilte, breuk, halte, bres, afslag, resterende, aanhouden, scheuren, rabat, tussenruimte, staken, blijven, rest, stukbreken, pleisterplaats, pauze, pauzeren, pauzestand, onderbreken
Traductions: afsluiten, stilte, breuk, halte, bres, afslag, resterende, aanhouden, scheuren, rabat, tussenruimte, staken, blijven, rest, stukbreken, pleisterplaats, pauze, pauzeren, pauzestand, onderbreken