Promets en néerlandais - Traduction / Dictionnaire français

je promets, je te promet, je te promets, je vous promets, promets antonymes, promets dictionnaire de langue néerlandais, promets en néerlandais

Traductions

promesse en néerlandais - toezegging, uitloving, onderpand, uitloven, belofte, pand, verzeggen, ...
promet en néerlandais - beloften, beloftes, belooft, toezeggingen, belofte
promettant en néerlandais - veelbelovend, veelbelovende, beloftevolle, kansrijke, belovende
promettent en néerlandais - uitloven, beloven, toezegging, uitloving, belofte, toezeggen, verzeggen, ...

Mots aléatoires

Promets en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: beloven, uitloving, uitloven, toezeggen, belofte, toezegging, verzeggen, de belofte, beloften