Quai en néerlandais
Traduction: quai, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
kade, tribune, podium, perron, aanlegplaats, dok, stranden, draad, wal, waterkering, dijk, snoer, kaai, leiding, pier, dock, haven, steiger
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): quai
le quai, mk2, mk2 quai, musée quai branly, quai anatole france, quai dictionnaire de langue néerlandais, quai en néerlandais
Traductions
- quadruplés en néerlandais - vierlingen, vierling, vier-, quadruplets, een vierling
- quadrupède en néerlandais - viervoeter, quadruped, viervoetig, viervoeters, viervoetige
- quais en néerlandais - dokken, docks, haven, havens
- quaker en néerlandais - vriend, vriendin, Kwaker, quakers, van Quaker
Mots aléatoires
Quai en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: kade, tribune, podium, perron, aanlegplaats, dok, stranden, draad, wal, waterkering, dijk, snoer, kaai, leiding, pier, dock, haven, steiger
Traductions: kade, tribune, podium, perron, aanlegplaats, dok, stranden, draad, wal, waterkering, dijk, snoer, kaai, leiding, pier, dock, haven, steiger