Réduction en néerlandais
Traduction: réduction, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
kwalificatie, afdraaien, verflauwing, pauze, afslag, dalen, inkorten, onderbreking, verlaging, achteruitgang, verminderen, afslaan, rust, rabat, korting, verlagen, reductie, verkleining, vermindering, vermindering van
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): réduction
bon de reduction, bon de réduction, bon réduction, bons de reduction, bons de réduction, réduction dictionnaire de langue néerlandais, réduction en néerlandais
Traductions
- réducteur en néerlandais - verloopstuk, reducer, verkleiner, reduceerventiel, mogelijk maakt
- réductible en néerlandais - herleidbaar, reduceerbaar, reduceerbare, herleiden, te herleiden
- réduire en néerlandais - bekorten, druppel, herfst, snoeien, minderen, afnemen, annuleren, ...
- réduis en néerlandais - verkleinen, inkrimpen, verlagen, herleiden, zetten, reduceren, vereenvoudigen, ...
Mots aléatoires
Réduction en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: kwalificatie, afdraaien, verflauwing, pauze, afslag, dalen, inkorten, onderbreking, verlaging, achteruitgang, verminderen, afslaan, rust, rabat, korting, verlagen, reductie, verkleining, vermindering, vermindering van
Traductions: kwalificatie, afdraaien, verflauwing, pauze, afslag, dalen, inkorten, onderbreking, verlaging, achteruitgang, verminderen, afslaan, rust, rabat, korting, verlagen, reductie, verkleining, vermindering, vermindering van