Ramer en néerlandais
Traduction: ramer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
file, kwestie, twistgesprek, gelid, redetwist, ruzie, roeien, herrie, heibel, dispuut, reeks, toerbeurt, rij, beurt, tr, nld, regel, de tr
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): ramer
ramener du japon a l'amérique, ramener du japon en amérique, ramer antonymes, ramer conjugaison, ramer des petit pois, ramer dictionnaire de langue néerlandais, ramer en néerlandais
Traductions
- ramender en néerlandais - herstellen, monteren, vastmaken, stoppen, reparatie, verhelpen, boeten, ...
- ramener en néerlandais - zetten, groep, drift, stel, bezorgen, herstellen, hulpmiddelen, ...
- rameur en néerlandais - roeier, rower, roeitoestel, roeier uitwerkt
- rameux en néerlandais - vertakking, vertakkende, branching, vertakkingen, vertakken
Mots aléatoires
Ramer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: file, kwestie, twistgesprek, gelid, redetwist, ruzie, roeien, herrie, heibel, dispuut, reeks, toerbeurt, rij, beurt, tr, nld, regel, de tr
Traductions: file, kwestie, twistgesprek, gelid, redetwist, ruzie, roeien, herrie, heibel, dispuut, reeks, toerbeurt, rij, beurt, tr, nld, regel, de tr