Rassemblement en néerlandais

Traduction: rassemblement, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
samenkomen, vergadering, deduceren, hoop, inzamelen, plukken, bijeenbrengen, ontmoeting, abstraheren, bundel, vergaderen, groep, aggregatie, meeting, opeenhoping, verzamelen, bijeenkomst, verzameling, rally, de Verzameling
Rassemblement en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): rassemblement

le rassemblement, point de rassemblement, point rassemblement, rassemblement antonymes, rassemblement auto, rassemblement dictionnaire de langue néerlandais, rassemblement en néerlandais

Traductions

  • rassasié en néerlandais - mudvol, afgeladen, boordevol, verzadigd, satiated, bezadigder, verzadigd en
  • rassemble en néerlandais - samen, bij elkaar, elkaar, tezamen, samen te
  • rassembler en néerlandais - opbrengst, tokkelen, deduceren, compleet, scheren, vastbinden, oogsten, ...
  • rassis en néerlandais - muf, benauwd, kalm, rustig, vredig, bedaardheid, helder, ...
Mots aléatoires
Rassemblement en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: samenkomen, vergadering, deduceren, hoop, inzamelen, plukken, bijeenbrengen, ontmoeting, abstraheren, bundel, vergaderen, groep, aggregatie, meeting, opeenhoping, verzamelen, bijeenkomst, verzameling, rally, de Verzameling