Relais en néerlandais

Traduction: relais, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
stopplaats, stelpen, opheffen, afsluiten, halte, opbreken, afbreken, statie, afzetten, stoppen, station, logeren, aflaten, stilstand, aanhouden, staken, Relay, relais van, het relais
Relais en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): relais

chronopost, kiala, le relais, mondial relais, mondial relay, relais dictionnaire de langue néerlandais, relais en néerlandais

Traductions

  • rejointes en néerlandais - toegetreden, samengevoegd, toegetreden tot, aangesloten bij, trad
  • rejoints en néerlandais - toegetreden, samengevoegd, toegetreden tot, aangesloten bij, trad
  • relance en néerlandais - bevorderen, opdrijven, herleving, wederopleving, heropleving, opwekking, opleving
  • relancer en néerlandais - opgooien, afkeuren, afdanken, royeren, gooien, ontslaan, ontzetten, ...
Mots aléatoires
Relais en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: stopplaats, stelpen, opheffen, afsluiten, halte, opbreken, afbreken, statie, afzetten, stoppen, station, logeren, aflaten, stilstand, aanhouden, staken, Relay, relais van, het relais