Remplir en néerlandais
Traduction: remplir, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
voltallig, beëindigen, voltooien, ophouden, volslagen, compleet, treffen, uitrichten, ontslag, inhalen, bereiken, eindigen, oefenen, spekken, gefortuneerd, ontzetten, vul in, invullen, vul, vullen, vult
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): remplir
cerfa, certificat de cession, comment remplir, comment remplir enveloppe, conjugaison remplir, remplir dictionnaire de langue néerlandais, remplir en néerlandais
Traductions
- remplie en néerlandais - gevulde, gevuld, afgevulde
- remplies en néerlandais - ontmoette, ontmoetten, voldaan, ontmoet, vervuld
- remplirent en néerlandais - gevulde, gevuld, afgevulde
- remplis en néerlandais - volmaken, invullen, volschenken, dempen, stoppen, uitvoeren, vullen, ...
Mots aléatoires
Remplir en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: voltallig, beëindigen, voltooien, ophouden, volslagen, compleet, treffen, uitrichten, ontslag, inhalen, bereiken, eindigen, oefenen, spekken, gefortuneerd, ontzetten, vul in, invullen, vul, vullen, vult
Traductions: voltallig, beëindigen, voltooien, ophouden, volslagen, compleet, treffen, uitrichten, ontslag, inhalen, bereiken, eindigen, oefenen, spekken, gefortuneerd, ontzetten, vul in, invullen, vul, vullen, vult