Ressusciter en néerlandais
Traduction: ressusciter, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opfokken, tillen, verlevendigen, oprichten, opkweken, ophalen, opdrijven, bezielen, heffen, telen, verhogen, opslaan, kweken, ophogen, verheffen, optillen, herleven, herrijzen, doen herleven, verrijzen, leven in te blazen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): ressusciter
ressuciter, ressusciter antonymes, ressusciter dans le slip de shakira, ressusciter en anglais, ressusciter familier, ressusciter dictionnaire de langue néerlandais, ressusciter en néerlandais
Traductions
- ressuscite en néerlandais - herrijst, herleven, doet herleven
- ressuscitent en néerlandais - opgewekt, worden opgewekt, worden opgevoed, doet rijzen
- ressuscitez en néerlandais - herleven, Resurrect, herrijzen, doen herleven, leven in te blazen
- ressuscitons en néerlandais - herrezen, opgestane, opgewekt, verrezen, opgestaan
Mots aléatoires
Ressusciter en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opfokken, tillen, verlevendigen, oprichten, opkweken, ophalen, opdrijven, bezielen, heffen, telen, verhogen, opslaan, kweken, ophogen, verheffen, optillen, herleven, herrijzen, doen herleven, verrijzen, leven in te blazen
Traductions: opfokken, tillen, verlevendigen, oprichten, opkweken, ophalen, opdrijven, bezielen, heffen, telen, verhogen, opslaan, kweken, ophogen, verheffen, optillen, herleven, herrijzen, doen herleven, verrijzen, leven in te blazen