Salle en néerlandais
Traduction: salle, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
wachtkamer, canapé, bar, slaapkamer, versperring, gang, hal, vertrek, scheidsmuur, barrière, flat, lokaal, kamer, ruimte, salon, wereldruim, zaal, kamers, room
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): salle
alinea, aubade, brico depot, ikea, la salle, salle dictionnaire de langue néerlandais, salle en néerlandais
Traductions
- saliver en néerlandais - zeveren, kwijlen, het kwijlen, speeksel, aan het kwijlen
- salière en néerlandais - zoutvaatje, zout schudapparaat, zoute schudbeker, zoutstrooier
- salmonellose en néerlandais - salmonella, salmonellosis, salmonellose bij, van salmonellose
- salon en néerlandais - scheidsmuur, pralen, barrière, tentoonspreiden, voorstellen, uitvoeren, zaal, ...
Mots aléatoires
Salle en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: wachtkamer, canapé, bar, slaapkamer, versperring, gang, hal, vertrek, scheidsmuur, barrière, flat, lokaal, kamer, ruimte, salon, wereldruim, zaal, kamers, room
Traductions: wachtkamer, canapé, bar, slaapkamer, versperring, gang, hal, vertrek, scheidsmuur, barrière, flat, lokaal, kamer, ruimte, salon, wereldruim, zaal, kamers, room