Seul en néerlandais
Traduction: seul, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
heel, bijzonder, totaal, heremiet, één, me, verlaten, bijster, schoenzool, ontbloot, erg, onbedekt, volledig, helemaal, maar, een, single, enkel, enkele, enkelvoudige
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): seul
cyprien, femme seul, homme seul, hugo, hugo tout seul, seul dictionnaire de langue néerlandais, seul en néerlandais
Traductions
- setter en néerlandais - zetter, de Zetter, van de Zetter, Zetter van
- seuil en néerlandais - beginnen, initiatief, afkomst, deuropening, ochtendgloren, aanvangen, welput, ...
- seulement en néerlandais - rechtvaardig, vlak, nauwgezet, juist, verlaten, doch, billijk, ...
- sevrage en néerlandais - spening, speenperiode, spenen, het spenen, gespeend
Mots aléatoires
Seul en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: heel, bijzonder, totaal, heremiet, één, me, verlaten, bijster, schoenzool, ontbloot, erg, onbedekt, volledig, helemaal, maar, een, single, enkel, enkele, enkelvoudige
Traductions: heel, bijzonder, totaal, heremiet, één, me, verlaten, bijster, schoenzool, ontbloot, erg, onbedekt, volledig, helemaal, maar, een, single, enkel, enkele, enkelvoudige