Situer en néerlandais - Traduction / Dictionnaire français

Traduction: situer, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:

français

Langue d'arrivée:

néerlandais

Traductions:

gezichtspunt, uitstaan, zwerm, situeren, loods, fabriek, houding, thuis, ruimte, tehuis, lokaliteit, aanspannen, doorstaan, plek, band, set, plaatsen, vinden, lokaliseren, zoeken, te vinden

Mots associés

gezichtspunt en français

lokaliteit en français

aanspannen en français

doorstaan en français

plek en français

band en français

set en français

Autres langues

Mots associés / Définition (def): situer

se situer, situer antonymes, situer définition, situer en anglais, situer en espagnol, situer dictionnaire de langue néerlandais, situer en néerlandais

Traductions

situe en néerlandais - gelegen, gevestigd, zich, ligt, bevindt
situent en néerlandais - zijn, bent, is, worden, hebben
situez en néerlandais - plaatsen, vinden, lokaliseren, zoeken, te vinden
situons en néerlandais - plaatsen, situeren, te situeren, kaderen, kunnen situeren

Mots aléatoires

abrutirent en anglais

contredirent en anglais

examinez en anglais

immobilier en anglais

lambrisser en anglais

opacité en anglais

vissâmes en anglais

Situer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: gezichtspunt, uitstaan, zwerm, situeren, loods, fabriek, houding, thuis, ruimte, tehuis, lokaliteit, aanspannen, doorstaan, plek, band, set, plaatsen, vinden, lokaliseren, zoeken, te vinden