Structurer en néerlandais
Traduction: structurer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
inrichting, bouw, samenstelling, constructie, structuur, structuur van, de structuur, opbouw
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): structurer
structurer anglais, structurer antonymes, structurer et mettre en forme un document, structurer finance, structurer grammaire, structurer dictionnaire de langue néerlandais, structurer en néerlandais
Traductions
- structure en néerlandais - compositie, model, constructie, mal, vatten, opstel, stof, ...
- structurel en néerlandais - bouw, samenstelling, constructie, inrichting, structuur, structuur-, structurele, ...
- strychnine en néerlandais - peukje, peuk, van strychnine
- stuc en néerlandais - pleisterwerk, stucwerk, gipspleister, stucco, gepleisterde
Mots aléatoires
Structurer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: inrichting, bouw, samenstelling, constructie, structuur, structuur van, de structuur, opbouw
Traductions: inrichting, bouw, samenstelling, constructie, structuur, structuur van, de structuur, opbouw