Subit en néerlandais
Traduction: subit, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
plotseling, abrupt, bars, kortaangebonden, bruusk, onverwacht, bot, onverhoeds, kortaf, steil, plots, plotselinge, plotse, ineens
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): subit
a subit, ayant subit, elle a subit, elle subit, exanthème, subit dictionnaire de langue néerlandais, subit en néerlandais
Traductions
- subir en néerlandais - tasten, uitmaken, harden, halen, aanhouden, bezorgen, accepteren, ...
- subissent en néerlandais - ervaring, belevenis, ervaringen, de ervaring
- subitement en néerlandais - opeens, abrupt, plotseling, onverwachts, botweg, ineens, kortaf, ...
- subjectif en néerlandais - eigen, persoonlijk, subjectief, persoonlijke, subjectieve
Mots aléatoires
Subit en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: plotseling, abrupt, bars, kortaangebonden, bruusk, onverwacht, bot, onverhoeds, kortaf, steil, plots, plotselinge, plotse, ineens
Traductions: plotseling, abrupt, bars, kortaangebonden, bruusk, onverwacht, bot, onverhoeds, kortaf, steil, plots, plotselinge, plotse, ineens