Sursaut en néerlandais
Traduction: sursaut, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
sprong, springen, grap, opspatten, hinkelen, verspuiten, stuiven, begin, aanvang, starten, Start, op Start
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): sursaut
en sursaut, le sursaut, reveil en sursaut, sursaut antonymes, sursaut bébé, sursaut dictionnaire de langue néerlandais, sursaut en néerlandais
Traductions
- surrénal en néerlandais - bijnier, adrenale, bijnieren, de bijnier, de bijnieren
- sursaturation en néerlandais - vervangen, oververzadiging, supersaturatie, superverzadiging, oververzadiging aanwezig, van oververzadiging
- surseoir en néerlandais - opschorting, besnoeiing, aanhouden, verlating, oponthoud, vertragen, achteruitgang, ...
- surseyant en néerlandais - opschorting, verdagen, oponthoud, uitstellen, uitstel, verlating, vertragen, ...
Mots aléatoires
Sursaut en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: sprong, springen, grap, opspatten, hinkelen, verspuiten, stuiven, begin, aanvang, starten, Start, op Start
Traductions: sprong, springen, grap, opspatten, hinkelen, verspuiten, stuiven, begin, aanvang, starten, Start, op Start