Timon en néerlandais
Traduction: timon, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
wiel, fiets, roer, rad, spaak, stuur, tweewieler, straal, mijnschacht, schacht, as, de as, shaft
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): timon
le timon, pumba, pumba et timon, pumbaa et timon, race timon, timon dictionnaire de langue néerlandais, timon en néerlandais
Traductions
- timidité en néerlandais - verlegenheid, schuwheid, schuchterheid, schroom, verlegenheid te
- timing en néerlandais - tijdstip, tijdschema, de timing, moment
- timonier en néerlandais - piloot, vliegtuigbestuurder, binnenbrengen, loods, loodsen, roerganger, stuurman, ...
- timoré en néerlandais - schroomvallig, vreesachtig, vreselijk, bedeesd, schrikaanjagend, bang, benepen, ...
Mots aléatoires
Timon en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: wiel, fiets, roer, rad, spaak, stuur, tweewieler, straal, mijnschacht, schacht, as, de as, shaft
Traductions: wiel, fiets, roer, rad, spaak, stuur, tweewieler, straal, mijnschacht, schacht, as, de as, shaft