Toilette en néerlandais

Traduction: toilette, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
garderobe, bips, kleedkamer, bekken, zitvlak, privaat, inblikken, kledingstuk, dragen, wasgelegenheid, kom, badhuis, secreet, voorhebben, aanhebben, kont, toilet, wC, toiletten, toiletpapier
Toilette en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): toilette

armoire de toilette, armoire toilette, carrelage toilette, deco toilette, eau de toilette, toilette dictionnaire de langue néerlandais, toilette en néerlandais

Traductions

  • toi-même en néerlandais - je, uzelf, jijzelf, jezelf, zelf, je voor
  • toile en néerlandais - blad, laken, voordeel, belang, baat, net, winst, ...
  • toilettes en néerlandais - bekken, zitvlak, kom, washok, badplaats, wasinrichting, achterste, ...
  • toiser en néerlandais - maatstaf, roeien, grootte, maat, opnemen, gaan, toon, ...
Mots aléatoires
Toilette en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: garderobe, bips, kleedkamer, bekken, zitvlak, privaat, inblikken, kledingstuk, dragen, wasgelegenheid, kom, badhuis, secreet, voorhebben, aanhebben, kont, toilet, wC, toiletten, toiletpapier