Tripotée en néerlandais
Traduction: tripotée, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
groep, drom, drift, schare, paal, horde, opeenhopen, stapel, roedel, hoop, massa, troep, boel, schelf, tas, stel, snateren, gaggle, snateer, overvloed, snateert
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): tripotée
tripoter au ciné, tripotée antonymes, tripotée au cinéma, tripotée canadienne, tripotée dans la foule, tripotée dictionnaire de langue néerlandais, tripotée en néerlandais
Traductions
- tripotage en néerlandais - optakelen, intrigeren, spoorwagen, aanraking, aandoen, optuigen, bekonkelen, ...
- tripoter en néerlandais - opschudding, onrust, bevoelen, ontroeren, beweging, troebelen, gevoelen, ...
- triptyque en néerlandais - drieluik, triptiek, triptych, triptiek van
- trique en néerlandais - samenleving, maatschappij, genootschap, gemeenschap, sociëteit, knots, vereniging, ...
Mots aléatoires
Tripotée en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: groep, drom, drift, schare, paal, horde, opeenhopen, stapel, roedel, hoop, massa, troep, boel, schelf, tas, stel, snateren, gaggle, snateer, overvloed, snateert
Traductions: groep, drom, drift, schare, paal, horde, opeenhopen, stapel, roedel, hoop, massa, troep, boel, schelf, tas, stel, snateren, gaggle, snateer, overvloed, snateert