Voyageuse en néerlandais
Traduction: voyageuse, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
passagier, inzittende, reiziger, reizigersbeoordelingen, reizigersfoto, beoordelingen, reizigers
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): voyageuse
garance voyageuse, la garance voyageuse, mode voyageuse, voyageur du monde, voyageuse antonymes, voyageuse dictionnaire de langue néerlandais, voyageuse en néerlandais
Traductions
- voyages en néerlandais - reizend, reizen, reis, reist, het reizen
- voyageur en néerlandais - reiziger, inzittende, passagier, reizigersbeoordelingen, reizigersfoto, beoordelingen, reizigers
- voyagez en néerlandais - rijden, karren, varen, lopen, reizen, verlopen, gaan, ...
- voyageâmes en néerlandais - reisde, reisden, reiste, gereisd, trokken
Mots aléatoires
Voyageuse en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: passagier, inzittende, reiziger, reizigersbeoordelingen, reizigersfoto, beoordelingen, reizigers
Traductions: passagier, inzittende, reiziger, reizigersbeoordelingen, reizigersfoto, beoordelingen, reizigers