Zénith en néerlandais
Traduction: zénith, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
top, overtreffen, statuur, punt, gestalte, spits, hoogte, kruin, lengtegraad, lichaamsbouw, topje, piek, zenit, afknotten, verhevenheid, climax, hoogtepunt, toppunt, Zenith, Zénith
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): zénith
concert zénith, le zénith, programme zénith caen, programme zénith rouen, zenith, zénith dictionnaire de langue néerlandais, zénith en néerlandais
Traductions
- zélote en néerlandais - ijveraar, zeloot, zealot, dweper, fanatiekeling
- zélé en néerlandais - hartstochtelijk, gretig, kras, ijverig, verlekkerd, verterend, wakker, ...
- zéphire en néerlandais - zefier, bries, heemst, marshmallow, heemst van, de Heemst van, van de heemst
- zéro en néerlandais - min, niks, neutraal, liefhebben, liefde, niemendal, beminnen, ...
Mots aléatoires
Zénith en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: top, overtreffen, statuur, punt, gestalte, spits, hoogte, kruin, lengtegraad, lichaamsbouw, topje, piek, zenit, afknotten, verhevenheid, climax, hoogtepunt, toppunt, Zenith, Zénith
Traductions: top, overtreffen, statuur, punt, gestalte, spits, hoogte, kruin, lengtegraad, lichaamsbouw, topje, piek, zenit, afknotten, verhevenheid, climax, hoogtepunt, toppunt, Zenith, Zénith