Boccaccia in olandese - Traduzione / Dizionario italiano

Traduzione: boccaccia, Dizionario: italiano » olandese

Lingua di partenza:

italiano

Lingua di destinazione:

olandese

Traduzioni:

gezicht, lef, aanzien, gedurfdheid, stoutheid, aangezicht, grijnzen, air, uitzicht, kijk, toet, durf, grijns, aanblik, vermetelheid, gelaat, val, valstrik, voet te houden, de voet te houden, houden

Parole correlate

gezicht in italiano

lef in italiano

aanzien in italiano

gedurfdheid in italiano

stoutheid in italiano

aangezicht in italiano

vermetelheid in italiano

gelaat in italiano

Altre lingue

Parole correlate: boccaccia

beccaccia di mare, boccaccia antonimi, boccaccia coniugazione, boccaccia cruciverba, boccaccia definizione, boccaccia dizionario di lingua olandese, boccaccia in olandese

Traduzioni

bobina in olandese - bobine, klos, rol, spoel, spiraal, coil, batterij
bocca in olandese - monding, muil, bek, mond, spreken, praten, snuit, ...
boccale in olandese - pan, po, kan, overvloed, pot, buik, mok, ...
boccetta in olandese - fles, klein flesje, flesje, kleine fles

Parole a caso

assunzione in inglese

cancello in inglese

identificare in inglese

trattenere in inglese

Boccaccia in olandese - Dizionario: italiano » olandese
Traduzioni: gezicht, lef, aanzien, gedurfdheid, stoutheid, aangezicht, grijnzen, air, uitzicht, kijk, toet, durf, grijns, aanblik, vermetelheid, gelaat, val, valstrik, voet te houden, de voet te houden, houden