Trasmettere in olandese - Traduzione / Dizionario italiano

sinonimo trasmettere, trasmettere antonimi, trasmettere coniugazione, trasmettere cruciverba, trasmettere da pc a tv, trasmettere dizionario di lingua olandese, trasmettere in olandese

Traduzioni

trasloco in olandese - aandoen, doen, verplaatsen, uitbrengen, bedrijven, aanmaken, ontroeren, ...
traslucido in olandese - doorschijnend, doorschijnende, doorzichtig, doorzichtige, transparante
trasmettitore in olandese - verzender, afzender, zender, transmitter, de zender, borstband
trasmissibile in olandese - overdraagbaar, overdraagbare, besmettelijke, van overdraagbare, overgedragen

Parole a caso

Trasmettere in olandese - Dizionario: italiano » olandese
Traduzioni: opzenden, omroepen, doorgeven, uitzenden, opsturen, verzenden, sturen, overbrengen, overdragen, zenden