Læs in het nederlands
Vertaling: læs, Woordenboek: deens » nederlands
Brontaal:
deens
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
belasten, laden, aanklacht, lading, inladen, tenlastelegging, beklag, last, vracht, goederen, beladen, beschuldiging, telastlegging, lezen, lees, gelezen, te lezen, lezen van
Verwante woorden
Vertalingen
- lærke in het nederlands - leeuwerik, Lark, lokvogels, de Leeuwerik, leeuweriken
- lærling in het nederlands - leerjongen, student, leerling, Apprentice, de Leerling
- læse in het nederlands - lezen, aflezen, lees, gelezen, te lezen, lezen van
- læser in het nederlands - abonnee, lezer, reader, kaartlezer, de lezer
Willekeurige woorden
Læs in het nederlands - Woordenboek: deens » nederlands
Vertalingen: belasten, laden, aanklacht, lading, inladen, tenlastelegging, beklag, last, vracht, goederen, beladen, beschuldiging, telastlegging, lezen, lees, gelezen, te lezen, lezen van
Vertalingen: belasten, laden, aanklacht, lading, inladen, tenlastelegging, beklag, last, vracht, goederen, beladen, beschuldiging, telastlegging, lezen, lees, gelezen, te lezen, lezen van