Præsens in het nederlands - Vertaling / Woordenboek deens

Vertaling: præsens, Woordenboek: deens » nederlands

Brontaal:

deens

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

schenking, present, wijzen, invoeren, steken, spelen, gunnen, opbrengen, tentoonspreiden, verlenen, introduceren, schenken, gift, tegenwoordig, toebrengen, cadeau, aanwezig, presenteren, aanwezige

Verwante woorden

schenking in het deens

present in het deens

wijzen in het deens

invoeren in het deens

steken in het deens

spelen in het deens

gunnen in het deens

opbrengen in het deens

tentoonspreiden in het deens

verlenen in het deens

introduceren in het deens

schenken in het deens

gift in het deens

tegenwoordig in het deens

toebrengen in het deens

cadeau in het deens

Vertalingen

prædikestol in het nederlands - preekstoel, kansel, boegreling, spreekgestoelte, predikstoel
prærieulv in het nederlands - prairiewolf, coyote, de Coyote, Coyote van, de Coyote van
præsentere in het nederlands - toebrengen, tegenwoordig, opbrengen, steken, voorstellen, aangeven, geschenk, ...
præst in het nederlands - pastor, bewindsman, zielverzorger, dominee, predikant, pastoor, voorganger, ...

Willekeurige woorden

afgietsel in het engels

dobbelsteen in het engels

inspuiting in het engels

rover in het engels

Præsens in het nederlands - Woordenboek: deens » nederlands
Vertalingen: schenking, present, wijzen, invoeren, steken, spelen, gunnen, opbrengen, tentoonspreiden, verlenen, introduceren, schenken, gift, tegenwoordig, toebrengen, cadeau, aanwezig, presenteren, aanwezige