Üblich in het nederlands

Vertaling: üblich, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
alledaags, plantsoen, gemeenschappelijk, park, plat, warande, vulgair, gebruikelijk, ordinair, grof, gewoon, traditioneel, algemeen, gewoonte, gebruikelijke, gewoonlijk, normaal, gewone
Üblich in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • allonge in het nederlands - suffix, achtervoegsel, verlengstuk
  • beraubend in het nederlands - ontnemen, beroven, ontneemt, ontnomen, te ontnemen
  • duschte in het nederlands - gedoucht, douchte, overgoten, douchten, overladen
Willekeurige woorden
Üblich in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: alledaags, plantsoen, gemeenschappelijk, park, plat, warande, vulgair, gebruikelijk, ordinair, grof, gewoon, traditioneel, algemeen, gewoonte, gebruikelijke, gewoonlijk, normaal, gewone