Anhänglichkeit in het nederlands
Vertaling: anhänglichkeit, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
adhesie, aanhechting, grip, toewijding, devotie, overgave, inzet, de toewijding
Verwante woorden
Vertalingen
- anhängig in het nederlands - in afwachting van, hangende, aanhangig, hangend, afwachting
- anhänglich in het nederlands - toegenegen, hartelijk, aanhalig, liefhebbend, aanhankelijk
- anhängsel in het nederlands - lidmaat, aanhechting, lid, aanhangsel, aneurysma, appendage, hartoor, ...
- anhäufen in het nederlands - tassen, opeenhopen, verzamelen, oogsten, accumuleren, rapen, afleiden, ...
Willekeurige woorden
Anhänglichkeit in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: adhesie, aanhechting, grip, toewijding, devotie, overgave, inzet, de toewijding
Vertalingen: adhesie, aanhechting, grip, toewijding, devotie, overgave, inzet, de toewijding