Anhebung in het nederlands

Vertaling: anhebung, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:

duits

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

uitbouwen, vermeerderen, opstaan, opvoeding, groei, verheffen, opdrijven, opslag, toename, uitbreiden, beklimming, stijging, vergroten, verhoging, ophogen, toenemen, verhogen, te verhogen, te vergroten

Verwante woorden

uitbouwen in het duits

vermeerderen in het duits

opstaan in het duits

opvoeding in het duits

groei in het duits

verheffen in het duits

opdrijven in het duits

opslag in het duits

toename in het duits

uitbreiden in het duits

beklimming in het duits

stijging in het duits

vergroten in het duits

verhoging in het duits

ophogen in het duits

toenemen in het duits

Vertalingen

anhang in het nederlands - aanhechting, bijlage, lid, toevoegsel, affix, appendix, rooster, ...
anheben in het nederlands - oprichten, toppunt, kruin, tip, piek, verheffen, opslaan, ...
anheften in het nederlands - kegel, speld, naald, aanhechting, hechten, bevestigen, bevestig, ...
anheftend in het nederlands - overstag gaan, overstag, tacking, laveren, rijgen

Willekeurige woorden

toekomst in het engels

vissen in het engels

Anhebung in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: uitbouwen, vermeerderen, opstaan, opvoeding, groei, verheffen, opdrijven, opslag, toename, uitbreiden, beklimming, stijging, vergroten, verhoging, ophogen, toenemen, verhogen, te verhogen, te vergroten