Anker in het nederlands

Vertaling: anker, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
ontgaan, ontsnapping, ontvluchten, anker, persoon, ontsnappen, snuiter, lek, ontkomen, kerel, sujet, vent, anchor, voor anker, ankerlier, het anker
Anker in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • ankauf in het nederlands - overnemen, overname, aanschaf, aanschaffen, inkopen, aankoop, afnemen, ...
  • ankerarm in het nederlands - anker, anchor, voor anker, ankerlier, het anker
  • ankergrund in het nederlands - anker, anchor, voor anker, ankerlier, het anker
Willekeurige woorden
Anker in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: ontgaan, ontsnapping, ontvluchten, anker, persoon, ontsnappen, snuiter, lek, ontkomen, kerel, sujet, vent, anchor, voor anker, ankerlier, het anker