Aufstrich in het nederlands

Vertaling: aufstrich, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
sauzen, afgeven, besmeren, verbreiden, doorsmeren, verspreiden, uitspreiden, ontvouwen, verspreiding, spreiding, spread, verspreid
Aufstrich in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • aufstreben in het nederlands - nastreven, najagen, opstijgen, stijgen, stijg, zweven, Soar
  • aufstrebend in het nederlands - opklimmend, beklimming, opstand, onlusten, eerzuchtig, aspirant, ambitieuze, ...
  • aufstände in het nederlands - rellen, ongeregeldheden, herrie schoppen, oproer, het herrie schoppen
  • aufständen in het nederlands - opstanden, revoltes, opstand, in opstand, oproer
Willekeurige woorden
Aufstrich in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: sauzen, afgeven, besmeren, verbreiden, doorsmeren, verspreiden, uitspreiden, ontvouwen, verspreiding, spreiding, spread, verspreid