Ausrüsten in het nederlands

Vertaling: ausrüsten, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
complet, beroerte, bekwaam, aanval, stelletje, monteren, uitrusten, deugen, set, aanpassen, uitvoeren, vlaag, geschikt, passen, afstemmen, adapteren, toerusten, rusten, uit te rusten, te rusten
Ausrüsten in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • ausrutscher in het nederlands - slippen, glippen, uitglijden, schuiven, glijden, strook
  • ausrüster in het nederlands - leverancier van uitrustingen, outfitter
Willekeurige woorden
Ausrüsten in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: complet, beroerte, bekwaam, aanval, stelletje, monteren, uitrusten, deugen, set, aanpassen, uitvoeren, vlaag, geschikt, passen, afstemmen, adapteren, toerusten, rusten, uit te rusten, te rusten