Ausstehen in het nederlands

Vertaling: ausstehen, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:

duits

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

buik, dulden, onderlijf, huisje, velen, keet, leven, schoren, ondersteunen, afwerpen, ondergaan, voeding, onderbuik, voortduren, achterlijf, aanzien, staan, stand, opstaan, tribune, sta

Verwante woorden

buik in het duits

dulden in het duits

onderlijf in het duits

ondersteunen in het duits

afwerpen in het duits

ondergaan in het duits

voeding in het duits

onderbuik in het duits

voortduren in het duits

achterlijf in het duits

aanzien in het duits

Vertalingen

ausstechen in het nederlands - uitsnijden, uitgesneden, gesneden, knip, uitknippen
aussteifung in het nederlands - versterking, wapening, Reinforcement, versterken, versteviging
aussteigen in het nederlands - uitkomen, afrit, uitgang, uitgaan, afgaan, vertrekken, uitweg, ...

Willekeurige woorden

Ausstehen in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: buik, dulden, onderlijf, huisje, velen, keet, leven, schoren, ondersteunen, afwerpen, ondergaan, voeding, onderbuik, voortduren, achterlijf, aanzien, staan, stand, opstaan, tribune, sta