Ausweitung in het nederlands

Vertaling: ausweitung, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
expansie, uitzetting, achtervoegsel, vergroting, suffix, uitbreiding, groei, uitbreiding van
Ausweitung in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • ausweisung in het nederlands - uitbannen, uitwijzing, gedeporteerde, verbannen, verdrijving, uitdrijving, verbanning, ...
  • ausweiten in het nederlands - verwijden, uitbreiden, verruimen, uitzetten, breiden, uit te breiden
  • auswerfend in het nederlands - gooien, het gooien van, gooien van, weggooien, gooien uit
  • auswerteeinrichtung in het nederlands - evaluatie, evalueren, de evaluatie, beoordeling, evaluatie van
Willekeurige woorden
Ausweitung in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: expansie, uitzetting, achtervoegsel, vergroting, suffix, uitbreiding, groei, uitbreiding van