Bande in het nederlands

Vertaling: bande, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
gelegen, zwerm, zetten, drift, drom, set, kudde, wapenbalk, lint, opbellen, school, streek, reep, stapel, kapel, wal, bende, troep, gang, voudig, ploeg
Bande in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • bandbreiten in het nederlands - bandbreedte, de bandbreedte, bandbreedte van, bandbreedte te
  • bandbund in het nederlands - rol, spoel, klos, bobine, lint, lint van, ribbon, ...
  • banden in het nederlands - gebonden, ingebonden, afhankelijke, geconsolideerde, bound
Willekeurige woorden
Bande in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: gelegen, zwerm, zetten, drift, drom, set, kudde, wapenbalk, lint, opbellen, school, streek, reep, stapel, kapel, wal, bende, troep, gang, voudig, ploeg