Belegnagel in het nederlands

Vertaling: belegnagel, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
kegel, speld, naald, slip, misstap, uitglijden, slippen, glijden
Belegnagel in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • belegen in het nederlands - usance, benutten, zetten, toepassing, doorvoeren, gewoonte, ambt, ...
  • belegend in het nederlands - bezetten, bezettende, het bezetten, het bezetten van, bezetten van
  • belegschaft in het nederlands - dwingen, personeel, verplichten, geweldpleging, rukken, geweld, douwen, ...
  • belegstelle in het nederlands - citaat, aanhaling, slip, misstap, uitglijden, slippen, glijden
Willekeurige woorden
Belegnagel in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: kegel, speld, naald, slip, misstap, uitglijden, slippen, glijden