Beruf in het nederlands

Vertaling: beruf, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
vak, uittekenen, bezigheid, vouw, aftekenen, plooi, bezetting, deun, vraagpunt, streep, vore, linie, deuntje, toer, snoer, zakenwereld, beroep, professie, belijdenis, beroepsgroep
Beruf in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • bernsteine in het nederlands - amber, oranje, barnsteen, amberkleurige, geel
  • bersten in het nederlands - uitbarsting, barsten, burst, salvo
  • berufe in het nederlands - beroepen, bezettingen, bezigheden, Occupations, beroep
  • berufend in het nederlands - Het aanroepen, inroepen, een beroep op, Het aanroepen van, inroepen van
Willekeurige woorden
Beruf in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: vak, uittekenen, bezigheid, vouw, aftekenen, plooi, bezetting, deun, vraagpunt, streep, vore, linie, deuntje, toer, snoer, zakenwereld, beroep, professie, belijdenis, beroepsgroep