Beurteilen in het nederlands
Vertaling: beurteilen, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
richter, oordelen, beoordelen, berechten, rechter, schatten, vaststellen, te beoordelen, evalueren
Verwante woorden
Vertalingen
- beurlaubt in het nederlands - verlof, verlofperiode, een verlofperiode, verlof afwezigheid
- beurlaubte in het nederlands - verlof, verlofperiode, een verlofperiode, verlof afwezigheid
- beurteilend in het nederlands - Jurering, Afgaande, Afgaand, Judging, Te oordelen
- beurteilt in het nederlands - geëvalueerd, getoetst, beoordeeld, beoordeelde, onderzocht
Willekeurige woorden
Beurteilen in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: richter, oordelen, beoordelen, berechten, rechter, schatten, vaststellen, te beoordelen, evalueren
Vertalingen: richter, oordelen, beoordelen, berechten, rechter, schatten, vaststellen, te beoordelen, evalueren