Bezug in het nederlands

Vertaling: bezug, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
loon, betaling, referentie, vermelding, citaat, salaris, wedde, gage, traktement, verwijzing, aanhaling, bezoldiging, verdienste, verwezen, hand, verzoek
Bezug in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • bezog in het nederlands - verwant, aanverwant, gerelateerde, verwante, aanverwante
  • bezogen in het nederlands - gebaseerde, gebaseerd, based, op basis, basis
  • bezugnahme in het nederlands - citaat, vermelding, verwijzing, aanhaling, referentie, verwezen, hand, ...
  • bezugspunkt in het nederlands - referentiepunt, referentie, het referentiepunt, referentiepunt van, uitgangspunt
Willekeurige woorden
Bezug in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: loon, betaling, referentie, vermelding, citaat, salaris, wedde, gage, traktement, verwijzing, aanhaling, bezoldiging, verdienste, verwezen, hand, verzoek