Dicht in het nederlands
Vertaling: dicht, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
inhalig, troebel, pinnig, nauw, strak, dicht, vrekkig, gebonden, lijvig, gierig, benauwd, stipt, streng, krap, schraperig, nauwsluitend, dichtbij, sluiten, de buurt
Verwante woorden
Vertalingen
- dich in het nederlands - voorafgaand, jou, jijzelf, uzelf, u, vorig, je, ...
- dichotomie in het nederlands - tweedeling
- dichtbeilage in het nederlands - dicht, nauwe, close, buurt, de buurt
- dichte in het nederlands - lijvigheid, dichtheid, dikte, densiteit, density, de dichtheid, dichtheid van
Willekeurige woorden
Dicht in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: inhalig, troebel, pinnig, nauw, strak, dicht, vrekkig, gebonden, lijvig, gierig, benauwd, stipt, streng, krap, schraperig, nauwsluitend, dichtbij, sluiten, de buurt
Vertalingen: inhalig, troebel, pinnig, nauw, strak, dicht, vrekkig, gebonden, lijvig, gierig, benauwd, stipt, streng, krap, schraperig, nauwsluitend, dichtbij, sluiten, de buurt