Kreis in het nederlands

Vertaling: kreis, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
rond, grondgebied, bende, kring, rondschrijven, ronde, arrondissement, gouw, cyclus, circuit, territorium, gebied, ring, afronden, kringloop, territoir, stroomkring, schakeling
Kreis in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • kreieren in het nederlands - bedrijven, afwerpen, doen, opbrengen, metselen, voortbrengen, maken, ...
  • kreisabschnitt in het nederlands - cirkelsegment
  • kreisausschnitt in het nederlands - sector, sectorale, sectoriële, sectoraal, sector-, de sectorale
Willekeurige woorden
Kreis in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: rond, grondgebied, bende, kring, rondschrijven, ronde, arrondissement, gouw, cyclus, circuit, territorium, gebied, ring, afronden, kringloop, territoir, stroomkring, schakeling