Marihuana in het nederlands

Vertaling: marihuana, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
wieden, schoffelen, po, rook, overvloed, pot, pan, roken, uitwaseming, smoken, buik, nicotineverslaving, gras, damp, grassen, kan, marijuana, van marihuana, cannabis, marihuana te
Marihuana in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • ambos in het nederlands - aanbeeld, aambeeld, aambeeldslagen, Ambo
  • bachkrebs in het nederlands - bach, van Bach, Bachs
  • bannen in het nederlands - bezweren, uitdrijven, te drijven, te bezweren, uit te drijven
  • bedarf in het nederlands - hoeven, vraag, motief, behoren, afwezigheid, opeisen, vereisen, ...
Willekeurige woorden
Marihuana in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: wieden, schoffelen, po, rook, overvloed, pot, pan, roken, uitwaseming, smoken, buik, nicotineverslaving, gras, damp, grassen, kan, marijuana, van marihuana, cannabis, marihuana te