Nahe in het nederlands
Vertaling: nahe, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
eerstvolgend, hiernaast, aanliggend, nabij, welhaast, naast, daarnaast, aanstaand, aangrenzend, schier, ernaast, zowat, komend, bijna, dichtbij, naburig, buurt, de buurt, buurt van
Verwante woorden
Vertalingen
- essigsauer in het nederlands - azijnzuur, azijn-, azijnzuuranhydride, azijn, azijnzuur-
- frühjahr in het nederlands - springveer, ontspringen, bron, voorjaar, kwel, lente, opwellen, ...
- heften in het nederlands - kegel, speld, steek, naald, hoofdbestanddeel, kram, nietje, ...
- kontrollen in het nederlands - controles, controls, besturingselementen, bedieningselementen, regelaars
Willekeurige woorden
Nahe in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: eerstvolgend, hiernaast, aanliggend, nabij, welhaast, naast, daarnaast, aanstaand, aangrenzend, schier, ernaast, zowat, komend, bijna, dichtbij, naburig, buurt, de buurt, buurt van
Vertalingen: eerstvolgend, hiernaast, aanliggend, nabij, welhaast, naast, daarnaast, aanstaand, aangrenzend, schier, ernaast, zowat, komend, bijna, dichtbij, naburig, buurt, de buurt, buurt van