Paar in het nederlands

Vertaling: paar, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
wedstrijd, echtpaar, match, tweetal, span, stelletje, accolade, brug, duo, aanspannen, lucifer, echtelieden, paar, koppel, stel, pair, paren
Paar in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • didaktik in het nederlands - didactiek, didactische, de didactiek, Vakdidactiek, onderwijskunde
  • hering in het nederlands - haring, zeebanket, haringen, herring, haringbestand, haring die
  • intrigant in het nederlands - gekonkel, sluwe, scheming, bekokstovend, intrigerende
  • laube in het nederlands - zomerhuisje, naar, onaangenaam, akelig, zomerhuis, prieel, Arbor, ...
Willekeurige woorden
Paar in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: wedstrijd, echtpaar, match, tweetal, span, stelletje, accolade, brug, duo, aanspannen, lucifer, echtelieden, paar, koppel, stel, pair, paren